Divine design

Page 1

DIVINE DESIGN

CITROËN DS & ID 1955 – 1975

CHRIS BRONKHORST

CIP gegevens

Auteur: Chris Bronkhorst

Titel: Divine Design, Citroën DS & ID 1955 – 1975

Plaats: Winterswijk (NL), 2023

328 pg, 22 × 24 cm

ISBN: 978-90-832960-1-2

NUR: 462

Thema en zoektermen

WGCB - Citroën (automobielen); Geschiedenis

Lay-out

Kees-Jan Smit

© 2023 - Niets uit deze uitgave mag verveelvoudigd en/of openbaar worden gemaakt zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de auteur.

Inleiding

Assemblage in België

Assemblage in VK

Assemblage in Zuid-Afrika

Assemblage in Australië

Assemblage in Spanje, Portugal en Mexico

USA lokale aanpassingen

Italië lokale aanpassingen

Scandinavië lokale aanpassingen

Publiciteit DS en ID

1955 – 1959: Puech

1960 – 1975: Delpire

Publiciteit & grafische vormgeving

De beeldmakers

Brochurelijnen algemeen

Brochures Nederland & België

Brochures VK

Brochures Afrika

Brochures USA & Canada

Brochures Italië

Brochures Scandinavië

DS metaforen

Inventarisatie referenties

brochures

Frankrijk - Export

Bio van de auteur

Bronnen

Auteursrechten

Dankjewel...

Inhoudsopgave 5
1 2 2.1 2.2 3 3.1 3.2 3.3 3.4 4 5 6 6.1 6.2 6.3 6.4 6.5 6.6 6.7 6.8 7 7.1 7.2 8 9 10 10.1 10.2 10.3 10.4 10.5 10.6 11 Bijlage 1 Bijlage 2 Bijlage 3 Bijlage 4 Bijlage 5 Bijlage 6 6 8 28 30 52 60 62 64 68 72 78 96 114 116 118 130 132 134 136 140 142 144 146 164 192 204 232 238 248 258 260 268 274 280 286 312 316 322 324 326 Voorwoord Createurs van de DS19 Introductie van de DS19 La Bombe slaat in Het hydraulisch systeem Carrosserievarianten van de DS-ID De Berline De Prestige De Break De Cabriolet De DS in haar tijdsbeeld Evolutie van de DS-ID
Inhoud
assemblage

De architect van de DS19

1894 – 1964

Lefèbvre wordt gezien als de architect - zeg maar de materieel vader - van de DS19. In zeer belangrijke mate heeft hij zijn stempel gedrukt op de structuur van de DS19. Hij was een aan de École Supérieure d’Aeronautique te Parijs geschoolde ingenieur. Na werkzaam te zijn geweest bij vliegtuigbouwer Gabriel Voisin en bij ingenieur Louis Renault, kon hij vanaf 1933 bij Citroën al zijn ideeën over de ideale auto kwijt.

Hij zette in op de constructie van het chassis, een stevig platform en een lichte opbouw. Door de carte blanche van Boulanger en Bercot, kon Lefèbvre zijn ervaring met

de bouw van vliegtuigen ruimschoots kwijt in het project VGD. Zoals het ontwerpen van een zeer stabiele auto dankzij onder andere een laag zwaartepunt, het meeste gewicht op de vooras in combinatie met voorwielaandrijving en een lange wielbasis. Baanbrekend was ook: aerodynamisch gevormde, lichte constructie, als opbouw op het platform chassis. Van breed en hoog aan de voorzijde naar smal en laag aan de achterzijde. Zelfs de bodemplaat moest aan de wetten van de aerodynamica voldoen: zo glad mogelijk om luchtwervelingen te voorkomen. En de kofferbakbodem flauw omhooglopend om bij hoge snelheden meer neerwaartse druk dan opwaartse druk te creëeren. Vergelijk het maar met de werking van een vliegtuigvleugel. Ook ontleend aan de vliegtuigwereld was het gebruik van hydraulica voor de bediening van de verschillende mechanische componenten zoals vering, remmen, besturing, koppelen en schakelen.

14 Createurs van de DS19

De keuze voor schijfremmen kwam ook uit de koker van Lefèbvre en zijn team. Schijfremmen waren op zich al een innovatie in die tijd, maar nu werden ze ook nog eens tegen de versnellingsbak in plaats van in de velgen van de voorwielen geplaatst. Groot voordeel hiervan was het lagere onafgeveerde gewicht van het wiel waardoor het wiel sneller reageerde op oneffenheden in de weg. Dat betekende weer een beter contact tussen band en wegdek.

Het idee om de spoorbreedte achter 20 cm smaller te maken dan voor (1,5 m) en achter een kleinere bandenmaat te gebruiken maakte niet alleen een meer gestroomlijnde carrosserie mogelijk. Het verbeterde ook de handzaamheid en vergrootte de richtingsstabiliteit (het rechtuit rijden). Aan die stabiliteit droeg ook de constructie van de draagarmen vóór bij, die de DS als het ware door de bocht trokken. Dit in plaats van ‘het paard achter de wagen te spannen’ en het geheel te duwen.

Het bewijs werd in 1962 geleverd. Bij een aanslag op generaal De Gaulle in Le Petit Clamart, werd de rechter achterband kapotgeschoten. Zijn DS kon echter dankzij de werking van de hydraulica zonder vaart te verminderen er vandoor en zo “mon Général” in veiligheid brengen.

Createurs van de DS19 15

2.1 La Bombe slaat in

In de ochtend van donderdag 6 oktober 1955, werd op de Salon de l’Auto van Parijs de opvolger van de Traction Avant, de Citroën DS19, onthuld. De auto vestigde nieuwe standaarden in automobielland qua techniek en carrosseriedesign en zette daarmee zijn concurrentie op grote afstand. Nu pas bleek in volle omvang dat niet voor niets de DS19 op 15 september 1955 van l’Autojournal de geuzennaam “La Bombe Citroën” meekreeg. Het was toen en is nu nog steeds - zoals we dat anno 2023 zouden noemen - een disruptief ontwerp, zowel technisch als qua vormgeving. In al haar kwaliteiten de vernoeming naar “La Déesse” waardig.

In de herinnering van G.P. Berk, die op 6 oktober de 42e Salon de l’Auto in Parijs bezocht, stonden er op de grote stand van Citroën heel prominent een crême-kleurige DS19 met een auberginekleurig, bijna zwart dak en een grasgroen exemplaar met een crême-kleurig dak. Dat er ook een zwart exemplaar met een crême-kleurig dak op de stand stond zal hem door de hectiek ontgaan kunnen zijn

Originele filmbeelden van de Salon van 1955 en bijzonder bonusmateriaal. Met dank aan dr. Danche

30 Introductie
van de DS19
Introductie van de DS19 31

3.3 De Break

Het twee-volume concept vond zijn weg naar de klant per oktober 1959 (modeljaar 1960), toen de Break - en haar varianten - aan het gamma werd toegevoegd. Eén volume voor de motor en één volume voor het zitcompartiment én de bagageruimte.

De eerste officiële foto’s die door Citroën werden verstrekt en ook de eerste flyers waren afbeeldingen van de Break uit de voorserie. De voorserie werd op de Salon de l’Auto van oktober 1958 (modeljaar 1959) gepresenteerd. De pré-serie kenmerkt zich o.a. door de lagere uitsnede van de wielkast van het achterspatbord, zwarte ruitomlijsting en een achterlicht-armatuur waar de achterlichten opliggen in plaats van verzonken zijn. De Break was kennelijk nog volop in ontwikkeling. Typenamen stonden nog niet vast; sterker nog: er bestond verwarring over zoals we verderop zullen zien.

Deze QR-code leidt u naar dat deel van de website www.nuancierds.fr dat veel dieper op de voorserie van de Break ingaat.

68 Carrosserievarianten - de Break

de 4 ‘flyers’ met de pré-serie Break en haar varianten. Resp. break - commercialefamiliale - ambulance

De hoofdkenmerken van de Breakvarianten waren:

Break: vaste achterbank en twee strapontins (klapstoeltjes) verzonken in de vloer van de bagageruimte.

Familiale: vaste verder naar achter geplaatste achterbank met drie strapontins tussen voor- en achterbank in. Gevolg: sterk verkleinde bagageruimte. In deze flyer was echter foutief de indeling van de Break afgebeeld. Deze verwarring werd door Citroën overigens zelf in de hand gewerkt op de Salon van 1958.

Commerciale: vaste voorbank en neerklapbare achterbank. Op de afbeelding is echter dezelfde vaste achterbank als op de Breakuitvoering te zien. In tegenstelling tot de Break geen twee in de kattenbak verzonken strapontins.

Ambulance: vaste voorbank, deelbaar neerklapbare achterbank (2/3 – 1/3)

Carrosserievarianten - de Break 69
Let op de achterlichtarmaturen. Persfoto van een voorserie Break

6.2 Assemblage in VK - Slough

In 1925 startte Citroën met de assemblage van de Citroën B12 in Slough. De laatste in Slough geassembleerde Traction liep in september 1955 van de band. Het duurde echter tot juni 1956 toen de eerste DS19 van de band rolde. Dit kwam doordat de transitie van Traction naar DS19 de nodige tijd in beslag nam. De assemblagelijn van de Traction moest ontmanteld worden. Nieuwe spuitcabines en moffelovens moesten geïnstalleerd worden en er moest een speciaal stofvrij laboratorium voor de hydraulische componenten van de DS19

Een foto-impressie uit de brochure ter ere van 35 jaar Citroën-assemblage in Slough (1960). De nodige typisch Britse onderdelen, lak, bekleding, afwerking en instrumenten werden betrokken van Britse leveranciers

118 Assemblage in VK - Slough

gebouwd worden. Dit alleen al kostte 8 maanden. In Slough werden dus op grote schaal D’s geassembleerd. Die waren bestemd voor de eigen interne markt en voor export naar de andere linksrijdende landen Australië, Nieuw-Zeeland, Zuid-Afrika etc.)

Assemblage in VK - Slough 119

Verder valt het gebruik van foto’s van de ID19F Break uit de voorserie op. De voorserie is onder meer herkenbaar aan de lager uitgesneden achterspatborden, de zwarte raamomlijsting en de (hier niet zichtbare) andere achterlicht armaturen. De voorserie werd weliswaar - als proefballon? - op de Salon van 1958 gepresenteerd, maar de definitieve versie die in productie werd genomen was een jaar later aan de beurt: officiële introductie van de ID19 Break voor modeljaar 1960 vond plaats op de Salon van 1959.

Nieuw Double Chevron logo

Op 14 april 1959 werd het nieuwe logo van Citroën gepresenteerd. Het borduurde voort op de Double Chevron-traditie, doch veel strakker vormgegeven met scherpe punten en schaduw-/diepte werking op de chevrons zelf. Opvallend is deze late presentatie wel. In de eerste brochure uit 1955 staat op de eennalaatste pagina deze Double Chevron afgebeeld en ook op de klep van het handschoenenkastje zit er een bevestigd. Maar toch mooi weer een publiciteitsmomentje.

1911 - 1998

Eind jaren ‘50 zorgde Maus Gatsonides voor de nodige publiciteit voor Citroën door een aantal zuinigheidsritten op zijn naam te zetten. Een goede eigenschap van de ID19 werd hiermee in het overwegend calvinistische Nederland onder de aandacht van het grote publiek gebracht. Die prestaties zette hij neer in Citroën IDéal19’s. Rallyrijder, auto-ontwerper en -bouwer, uit-

156
Publiciteit DS-ID
Maus Gatsonides Dezelfde Break op dezelfde locatie maar dan in plein-couleur: écaille blonde (AC306)

vinder, zuinigheidsmaniak etc. Een ontegenzeggelijk zeer veelzijdig mens met een warm hart voor Citroën. Vandaar dat hij in dit hoofdstuk een eigen katern kreeg.

Gatsonides was 21 jaar toen hij van Java naar Nederland kwam. Na afgewezen te zijn voor de pilotenopleiding, startte hij zijn eigen garagebedrijf. In de Tweede Wereldoorlog ontwikkelde hij daar gasgeneratoren voor op personenauto’s.

Op zijn 24 e, het is dan 1936, schreef Maus zich voor het eerst in voor de Rally van Monte Carlo. Dat deed hij in een Hillman Minx. Er volgden tot aan de oorlog meerdere rally’s. Afwisselend die van Monte Carlo (7x waarvan 2 na de oorlog), Luik-Rome-Luik (4x) en verschillende andere rally’s.

1958 Caltex Economy Run: Over de finish geduwd? De eerste plaats wel te pakken!

Publiciteit DS-ID 157

Dat was in een lettertype dat sterk lijkt op Thorowgood van Robert Thorne (1754 – 1820). Het bijzondere hieraan is dat het bestaat uit schreefletters die zijn opgebouwd uit zowel vette delen als heel dunne lijnen. Daardoor leent het zich qua leesbaarheid minder voor lange teksten, maar is het des te geschikter voor het maken van koppen of om de aandacht te trekken en te gebruiken om typebenamingen bestaande uit twee letters te duiden.

Het lettertype kwam ook in het binnenwerk van de brochures terug om koppen en subkoppen te beletteren.

Opmerkelijk toeval (bestaat niet!): in 1960 werd het lettertype al eens gebruikt op de cover van een Zwitserse DS-folder.

Vaak zocht men ook het contrast op door de paginagrote typeaanduidingen te combineren met toevoegingen die heel klein werden afgedrukt. Zie de rode Citroën Breaks folder. Pas vanaf 1968 zou men weer vaker foto’s op de covers gaan gebruiken.

Tenslotte vormden tekst en foto’s vaak één geheel, ze vulden elkaar aan tot een totaalbeeld. Veelvuldig maakte men gebruik van spreads, waarbij het beeld van een opengeslagen brochure of folder van de linker pagina doorloopt naar de rechterpagina. Zo verzorgde Zwitserland, 1960

196 Publiciteit & grafische
vormgeving

DS 1963

de Engelsman Philip Hartley in opdracht van Delpire in 1962 de eerste lichting tweede neus DS-brochure waarin hij foto’s en teksten combineerde tot totaalbeelden om de stroomlijn, het comfort en de voorwielaandrijving tot uitdrukking te brengen. Er wordt gespeeld

met lettertypes, veel witruimte, dynamisch tekstverloop en contrasten tussen grote en kleine letters. Iedere pagina beeldt zo door beweging en dynamiek de boodschap uit. Deze serie brochures van de DS en ID werden pas per modeljaar 1966 afgelost.

Publiciteit & grafische vormgeving 197

ISBN 978-90-832960-1-2

Op 6 oktober 1955 werd in Parijs de Citroën DS19 geïntroduceerd. L’histoire se répète: 21 jaar na de introductie van de Traction Avant verscheen er opnieuw een grensverleggende, maar nog niet productierijpe Citroën.

De productie eenmaal in volle gang was de DS niet meer weg te denken uit het straatbeeld, ook niet nadat het laatste exemplaar na 20 productiejaren van de lopende band rolde.

De DS én het DNA van haar Divine Design leeft bij meerdere generaties en fascineert velen van hen. Dit kijk-, lees- en bladerboek biedt voor elk wat wils: historische informatie, leuke (nieuwe) en inspirerende wetenswaardigheden en een overvloed aan schitterende foto’s uit brochures en privécollecties. De inhoud zal ook de ultieme DS-kenner verbazen en verblijden.

9 7 8 9 0 8 3 2 9 6 0 1 2
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.